Op de laatste politieke avond voor het reces werd een interpellatiedebat aangevraagd door de fracties ChristenUnie, SP en Partij voor de Dieren.

Een voormalig wethouder heeft zich schuldig gemaakt aan seksueel grensoverschrijdend gedrag richting twee raadsleden en een derde persoon.

Seksueel grensoverschrijdend gedrag raakt mensen diep, het maakt kwetsbaar, het maakt boos, het maakt verdrietig en nog veel meer. Het doen van een melding vraagt enorme moed. De melders verdienen een zorgvuldige en respectvolle behandeling. En het is onze gezamenlijke verantwoordelijkheid dat mensen dat in alle vertrouwen en veiligheid kunnen blijven doen.

Het debat ging wat ons betreft niet over de inhoud van de meldingen. Wat in onze ogen wél centraal stond, was het proces dat daarop volgde, de rol van de burgemeester daarin en onze rol en verantwoordelijkheid als raad.

In het presidium is precies dat meermaals aan bod geweest. Wij vonden dat het proces te lang duurde en we onvoldoende werden geïnformeerd. In de brief die volgde op ons inlichtingenverzoek heeft de burgemeester wat ons betreft duidelijk gemaakt hoe hij heeft gehandeld en wat hij anders had kunnen doen. Hij beschrijft ook de spagaat waarin hij zich in bevond. Een spagaat die wij herkennen, ook in onze eigen rol. De spagaat tussen inhoud en proces, zorgvuldigheid en tempo, maar ook transparantie en vertrouwelijkheid. Voor ons is de onvrede die hierdoor is ontstaan een signaal om te denken dat het proces wellicht niet helemaal klopt. Dat het beschreven proces en de genomen stappen voor verbetering vatbaar zijn. Dat gaat dan vooral over het sneller adequaat handelen, het beter informeren en meenemen van de raad, zonder daarbij onzorgvuldig te worden als het gaat om de inhoud, en meer oog hebben voor het zware traject dat de melders hebben doorlopen.

Daarom vinden wij dat het proces goed geëvalueerd moet worden. En wat ons betreft laten we dat doen door mensen die hier verstand van hebben, hiervoor opgeleid zijn en ervaring mee hebben. Alleen als wij dit op een behoorlijke manier afronden met een sterk verbeterd proces kunnen we erop vertrouwen dat eventuele melders in de toekomst zonder schroom aan de bel trekken. Laten we hopen dat het nooit meer nodig is. Maar laten we ook zorgen voor een veilige werkomgeving.

Steffenie Pape

Fractievoorzitter

Onze stad staat voor grote uitdagingen. VVD Arnhem vindt dat het tijd is voor een koers die weer draait om wat echt telt: financiële stabiliteit, veiligheid, een sterke economie en een schone, aantrekkelijke stad. Geen verrassende boodschap, dat klopt — maar wel één die steeds dringender wordt.

Wij zien een richting die zorgt voor scheefgroei. Plannen stapelen zich op voor klimaat, inclusie en groen. Op zichzelf belangrijk, maar het krijgt al erg veel aandacht. Wat ontbreekt, is balans. Onderwerpen als economie, veiligheid en financiën verdienen meer aandacht hier, in Arnhem.

En in die lijn hebben wij bij die perspectiefnota de door het college gevraagde richting aangegeven voor de begroting in het najaar.

We vragen, samen met D66 en het CDA, aandacht voor onze economie. Ondernemers hebben het moeilijk en een gezonde economie zorgt ervoor dat we bedrijven behouden, nieuwe bedrijven aantrekken en zo onze ambities op andere vlakken betaald kunnen worden. Het is daarom belangrijk dat het profiel van Arnhem duidelijk wordt gepromoot en dat we binnen dat profiel extra capaciteit aantrekken. Onze twee moties hebben het gehaald.  Dat betekent structureel 150.000 euro extra voor het op de kaart zetten van Arnhem in samenwerking met de Stichting City Marketing. Bovendien komt er een extra medewerker voor de afdeling Economische zaken. Het is een voorzichtig begin voor een andere koers.

Ook hebben we twee voorstellen die gaan over digitale veiligheid.  Eén als het gaat om de weerbaarheid van de Arnhemmers en één over de minimale ondergrens die we als gemeente volgens de wet moeten hanteren. Het gaat om veel geld, maar de risico’s zijn groot en het is de taak van de gemeente om te voldoen aan de wet en de veiligheid van gegevens te waarborgen.

Als het gaat om financieel degelijk beleid stellen wij voor de incidentele meevaller van de meicirculaire aan de Algemene Reserve toe te voegen, zodat we de financiële tegenvallers, die er zeker aankomen, goed kunnen opvangen. Deze heeft het niet gehaald, maar het aantal voorstanders stijgt, dus bij de begroting zullen we dit nogmaals voorstellen.

Ten slotte hebben we, samen met andere partijen, voorstellen gedaan om twee grote uitdagingen die we hebben, het bouwen van woningen en de transitie van het sociaal domein, te beheersen. Deze voorstellen moeten ervoor zorgen dat het voor ons als raad beheersbaar blijft en dat we ook echt gaan bereiken wat we willen, namelijk huizenbouw stimuleren en een gezond sociaal stelsel. Omdat de collegedragende partijen blijven kiezen voor meer groen, klimaatmaatregelen en doorgeslagen armoedebeleid, was er geen meerderheid voor deze plannen.

In maart 2026 zijn er gemeenteraadsverkiezingen. Een goed moment om je te beseffen wat er gebeurt als de VVD niet meebestuurt.

VVD Arnhem wèl in het college (2018–2022)
In de periode dat VVD Arnhem deel uitmaakte van het college, is gewerkt aan een financieel stabiele gemeente. Een stad waar het belastinggeld van hardwerkende inwoners zorgvuldig werd besteed aan de kerntaken van de overheid. We zorgden voor een sluitende begroting zonder de lasten voor inwoners en ondernemers onnodig te verhogen. Er werd geïnvesteerd in veiligheid, bereikbaarheid en het versterken van het vestigingsklimaat. Onze inzet was gericht op realistische en uitvoerbare plannen die bijdragen aan een schone, veilige en leefbare stad. En als er dan ergens extra geld voor nodig was, dan keken we eerst naar onszelf, de gemeente, en vooral niet naar hoe we de rekening bij de Arnhemmer konden neerleggen door de lasten te verhogen.

VVD Arnhem niet in het college (2022–2026)
Sinds VVD Arnhem in de oppositie zit zien we hoe het stadsbestuur andere keuzes maakt, met in onze ogen schadelijke gevolgen. Lokale lasten zijn flink gestegen: de OZB is drie jaar op rij verhoogd, de afvalstoffenheffing is fors duurder geworden en parkeren kost op sommige plekken maar liefst 240 procent meer. Tegelijkertijd verdwijnen miljoenen euro’s in plannen die onuitvoerbaar of financieel onhaalbaar zijn. Er is te weinig aandacht en geld voor veiligheid, de aanpak van verward gedrag, een schone stad en ondersteuning van ondernemers. De financiële ruimte die wij zorgvuldig hebben opgebouwd, wordt nu versnipperd aan prestigeprojecten en ideologisch beleid.

En precies daarom verheugen wij ons op maart 2026. Dat is het moment dat we er met z’n allen voor kunnen zorgen dat het Arnhemse stadsbestuur weer in balans komt, zodat we weer kunnen bouwen aan een aantrekkelijke bruisende stad.