Terwijl ik recent bij een lokale gelegenheid probeerde te genieten van een salade met iets teveel saus kwamen er drie bebaarde jongemannen aan de tafel naast mij zitten. Zij praatten voldoende luid om te horen dat zij worstelden met de vraag hoe zij de Sharia in Nederland het best zouden kunnen invoeren. Een levendige discussie volgde waarbij door de heren een tijdspad werd geschetst. De demografie, dus niet alleen de migratie maar ook vooral de voortplanting, speelde in hun beschouwingen de hoofdrol. Al luistervinkend dacht ik terug aan het debat dat ik had met de burgemeester over radicalisering in Arnhem.
Onlangs werd het onderzoek Tussennotie radicalisering Arnhem gepresenteerd. Wat bleek: vanuit Arnhem vertrokken relatief veel jihadisten naar Syrië. Het rapport werd geschreven door Tom van Ham, Liselot Scholten en Anton van Wijk; zij concluderen dat er verschillende oorzaken van radicalisering zijn. De gemene deler blijkt de islam. Volgens het rapport spelen moskeeën nauwelijks een rol als het gaat om de-radicaliseren.
In het debat hierover gaf de burgemeester aan, vanuit respect voor de islam, daar anders over te denken. Volgens hem heeft ‘radicalisering weinig te maken met een islamitische achtergrond’. Hij zegt dat men ‘iets’ zoekt om te kunnen radicaliseren. Ook zegt hij dat radicalisering meer te maken zou hebben met het gedrag van adolescenten dan dat het van de islam komt.
De burgemeester kreeg bijval van de PvdA, die vond dat het onderzoek ook over extreemlinks en extreemrechts activisme zou moeten gaan. Zodat het onderwerp totaal zou verwateren en dus geruisloos van de agenda zou verdwijnen. Totdat het volgende islam-gerelateerde incident zich voordoet.
Ik vroeg de burgemeester welke rol de islam speelt bij radicalisering; ook wilde ik van hem weten wat moskeeën zouden kunnen betekenen om jongeren te deradicaliseren. Hierop zei hij geïrriteerd dat hij de besturen van de moskeeën kent en dat zij hem kennen. Samen drinken ze thee en koffie en er wordt gepraat.
Zijn reactie doet denken aan wat ook advocaat Theo Hiddema constateert:
“Er is geweld en nu probeert de samenleving met ‘bruggenbouwers’ en ‘verbindende krachten’ de boel koest te houden. Zo is er een enorme welzijnsindustrie ontstaan die gesubsidieerd tegen alle bestuurders zegt: ‘Je hebt ons nodig, want wij zijn de voelsprieten, wij zitten in de haarvaten van die gemeenschappen. Als wij ons gezegende werk niet mogen doen en die groepen niet in bedwang kunnen houden, dan breekt de pleuris uit.’ Om al die bruggenbouwers maar een beetje hun werk te laten doen, zonder dat we enig gevoel hebben van wat dat netto nou eigenlijk oplevert, tsja… en die hulpverleningsindustrie gaat op zo’n kinderlijke manier te werk, met zwemles, fietscursus en wat voor ’n cursussen al niet… dan heeft men het gevoel dat we goed bezig te zijn; want wij zijn tolerant en wij zijn kosmopolitisch. En zo komt het gaandeweg wel goed.”
Ook deed het mij denken aan wat Frits Bolkenstein liet optekenen in de Volkskrant:
"Wanneer de NCTV dus beweert dat men de term 'religieus geïnspireerd terrorisme' niet mag gebruiken, want die voedt de gedachte dat religie als zodanig de basis zou kunnen vormen voor geweldpleging, dan zijn dat praatjes voor de vaak. "
In Arnhem gaat het precies zo: de politieke elite anno 2016 durft nog steeds niet te benoemen wat het is dat deze problematiek draagt. Die onwil om man en paard te noemen draagt zeker niet bij aan een oplossing. Al eerder heb ik onderzocht wat leeft in de gemeenschap: ik ben toen in buurthuizen wezen kijken. Daar zag ik groepjes gesluierde vrouwen, die volgens de medewerkers in een eigen taal spreken en zo de sociale cohesie ondermijnden.
In tegenstelling tot het rapport schreef De Gelderlander niets over de rol van de islam en ook niets over de rol van moskeeën. Zij publiceerden naar aanleiding van het debat een positief artikel waarin werd gemeld dat er in het afgelopen jaar geen Arnhemmers naar Syrië of Irak zijn afgereisd.
De VVD fractie verwacht van het stadsbestuur dat zij, in aanvulling op de landelijke maatregelen, samen met de moskeeën een plan maken om radicalisering tegen te gaan. Het zou daarbij helpen als wordt uitgesproken dat er een radicale stroming bestaat binnen de islam die bereidt is geweld te gebruiken.