Onderzoek inclusiviteit gemeente Arnhem

Afgelopen woensdag heeft in de gemeenteraad het debat plaatsgevonden over een inclusiviteitsonderzoek dat is uitgevoerd binnen de gemeente Arnhem. 

In 2019 is door de universiteit van Tilburg onderzoek gedaan naar inclusie binnen de gemeentelijke organisatie. De uitkomst van dit rapport was niet erg positief voor de gemeente, met de aanbevelingen is aan de slag gegaan maar het rapport kwam niet bij het college en dus ook niet bij de raad terecht.

Na herhaaldelijke vragen van raadslid Nathalie Nede van de ChristenUnie, kwam het rapport en heel veel informatie rond het proces, van het onderzoek en het “verdwijnen” van het rapport, boven tafel. De raad heeft moeite moeten doen om het rapport en alle informatie er om heen boven tafel te krijgen. Een aantal fracties vertrouwden de rol van de betrokken wethouders niet. Mede daardoor kwam, naast wethouder inclusie Martien Louwers (PvdA), ook onze eigen wethouder Jan van Dellen onder vuur te liggen. 

Om inzicht te geven in wat er nou precies gebeurd is rond dit dossier heeft het college onafhankelijk feitenonderzoek laten doen door bureau Strated Consulting. De uitkomsten van dit onderzoek waren onderwerp voor het debat van woensdag 24 februari. 

Dit dossier raakt de raad in het bijzonder, omdat er argwaan is ontstaan door de informatievoorziening vanuit het college. Ook is de raad in eerste instantie onjuist en onvolledig geïnformeerd over het bestaan van een onderzoeksrapport van de Universiteit van Tilburg. Dat rapport was er wel, maar dat wist het college te laat. Om de raad goed te kunnen informeren moet het college zelf over de juiste informatie beschikken. 

Op basis van het uitgevoerde Strated-rapport hebben wij als fractie de volgende afweging gemaakt:

Het college, en ook de raad, was op de hoogte dat er een onderzoek was, maar het beschikte niet over het rapport dat bij dit onderzoek hoort. Het college was ook niet op de hoogte van het bestaan van het afgeronde eindrapport. Het college is bestuurlijk verantwoordelijk voor het niet (op tijd) boven tafel krijgen van het rapport. Tegelijkertijd is het onderwerp ‘inclusie en diversiteit in de gemeentelijke organisatie’ niet in de la beland. In tegendeel, de aanbevelingen uit het rapport zijn zeer serieus opgepakt. 

Dat er aan de slag is gegaan met aanbevelingen uit het onderzoeksrapport van Tilburg, is voor onze fractie cruciaal. Want processen moeten transparant en goed zijn, maar uiteindelijk gaat het om de inhoud. Daar wordt aan gewerkt door de beide wethouders. 

Dan blijven er twee belangrijke onderwerpen over, dat zijn de informatievoorziening en de organisatie.

Informatievoorziening

Wat de VVD betreft moet het vanaf nu zo zijn dat meer informatie bij raadsvoorstellen/raadsbrieven zal worden verstrekt; proactief. Dat geeft het college zelf ook aan. Bij nog aanvullende informatieverzoeken vanuit de raad, zal alles worden gedeeld binnen de wettelijke beperkingen; waarvan we weten dat die gezien landelijke ontwikkelingen ook verder zullen verschuiven. 

Dat vraagt ook een rolvaste gemeenteraad. In ieder geval niet oordelen over  het werk van individuele ambtenaren. De raad moet zelf nadrukkelijk ook bijdragen aan een veilige omgeving. 

Ook moet de raad zich beseffen dat het aanleveren van meer informatie tijd kost. En dat je altijd blijft afwegen -zeker ook na enige goede ervaringen- of het nodig is om extra informatie op te vragen.

Dan de veilige organisatie.

Het zal ergens in de organisatie of tussen collegeleden en ambtenaren wel eens “schuren”. Kwestie van bespreken, oplossen en verder. Dat is goed en soms nodig. Dat is heel iets anders dan een onveilige werksituatie. 

In dit dossier wordt door enkele medewerkers de situatie onveilig genoemd. Dat is zeer ernstig. Hier hebben de betrokkenen onvoldoende gehoor gevonden of -al dan niet gezamenlijk met collega’s- tegenkracht niet kunnen/willen of misschien zelfs niet durven organiseren. Hier moet het college iets mee. 

Dit incident moet worden aangegrepen voor verbetering. Ambtenaren moeten altijd in alle vrijheid kunnen adviseren.

De organisatie moet er voor zorgen dat dit kan en dat dit veilig kan!

Zowel voor de informatievoorziening en voor een veilig werkklimaat is een motie aangenomen en zijn toezeggingen gedaan.  

De moties van wantrouwen richting de twee wethouders hebben het beide niet gehaald. Dat betekent dat Jan met het vertrouwen van een ruime meerderheid door kan met het geweldige werk dat hij, samen met Roeland, doet voor de stad. Gezien de uitdagingen die er liggen, niet op de laatste plaats omdat we in een behoorlijke crisis verkeren, zijn wij blij met dit resultaat. Jan en Roeland gaan verder met de mooie dingen die zij aan het doen zijn voor de stad, want daar doen we het voor!

Leendert Combée
Fractievoorzitter